Les 1Integratie van klinische context: risicofactoren, timing, pleurapijn, zuurstofsaturatie, biomarkers (D-dimeer, troponine) en hoe ze de diagnostische weging beïnvloedenDit gedeelte legt uit hoe beeldvorming te integreren met klinische context bij acute dyspneu, inclusief risicofactoren, timing van symptomen, pleurapijn, zuurstofsaturatie en biomarkers zoals D-dimeer en troponine om diagnostische waarschijnlijkheden te verfijnen.
Klinische risicofactoren voor longembolieTiming van symptomen en ziekte-evolutiePleurapijn en aanwijzingen van thoraxwandpijnZuurstofsaturatie, hemodynamiek en keuze beeldvormingBiomarkers en risicogewichting op basis van beeldvormingLes 2Valkuilen en mimieken: bewegingsartefacten, beam-hardening, afhankelijk atelectase en contrasttimingfoutenDit gedeelte bespreekt frequente interpretatievalkuilen en mimieken bij beeldvorming van acute dyspneu, waaronder bewegingsartefacten, beam-hardening, afhankelijk atelectase en contrasttimingproblemen, en biedt strategieën om deze te herkennen en diagnostische fouten te minimaliseren.
Herkennen van bewegings- en ademhalingsartefactenBeam-hardening en streak-artefact mimiekenAfhankelijk atelectase versus echte consolidatieContrasttimingfouten bij CT-angiografieChecklist-aanpak om interpretatiefouten te verminderenLes 3Differentiaaldiagnostisch redeneren met behulp van tekenen: longembolie vs pneumonie vs longoedeem vs COPD-exacerbatieDit gedeelte legt uit hoe beeldvormingspatronen van longembolie, pneumonie, cardiaal oedeem en COPD-exacerbatie te contrasteren met sleutel semiologische tekenen om een geprioriteerde, klinisch coherente differentiaaldiagnose op te bouwen.
Röntgenpatronen van acute longembolieLobaire en bronchopneumonie beeldvormingsonderscheidKenmerkende tekenen van cardiaal longoedeemCOPD-exacerbatie versus acute infectie tekenenAlgorithmische beeldvormingsaanpak bij acute dyspneuLes 4Gestructureerd rapporteren bij acute dyspneu: beschrijven van locatie, grootte, dichtheid, marges, distributie en geassocieerde bevindingenDit gedeelte beschrijft hoe thoraxbeeldvormingsrapporten bij acute dyspneu te structureren, met nadruk op gestandaardiseerde beschrijving van laesielocatie, grootte, dichtheid, marges, distributie en geassocieerde bevindingen voor reproduceerbare, uitvoerbare communicatie.
Gestandaardiseerde beschrijving laesielocatieRapporteren laesiegrootte en volumetrische beoordelingDichtheid, attenuatie en enhancement-patronenMarges, interfaces en silhouetbeschrijvingDocumenteren distributie en aanvullende bevindingenLes 5Keuze modaliteiten: indicaties en sterktes van thoraxröntgen vs CT-pulmonalisangiografieDit gedeelte vergelijkt thoraxröntgen en CT-pulmonalisangiografie bij acute dyspneu, met indicaties, sterktes, beperkingen en stralings- en contrastoverwegingen om gepaste, patiëntgerichte modaliteitselectie te begeleiden.
Initiële rol thoraxröntgen bij dyspneu-onderzoekIndicaties voor CT-pulmonalisangiografieContra-indicaties en risicobatenbalansStralingsdosis en contrastnefrotoxiciteitAlternatieve beeldvorming bij ongeschiktheid CTPALes 6Semiologische betekenis van thoraxtekenen: acuut vs chronisch, alveolair vs interstitieel, cardiaal vs niet-cardiaal longoedeemDit gedeelte verduidelijkt de semiologische betekenis van belangrijke thoraxbeeldvormingstekenen, onderscheidt acuut van chronische veranderingen, alveolaire van interstitiële patronen en cardiaal van niet-cardiaal oedeem met distributie, context en aanvullende bevindingen.
Acuut versus chronische parenchymveranderingenAlveolaire consolidatie versus interstitieel patroonCardiaal versus niet-cardiaal oedeem tekenenRol van distributie en symmetrie in patronenAanvullende tekenen die semiologische interpretatie verfijnenLes 7Systematische interpretatie thoraxröntgen: zones, lijnen, silhouetten en cardio-thoracale ratioDit gedeelte presenteert een stapsgewijze methode voor het lezen van thoraxröntgen bij dyspneupatiënten, inclusief indeling in zones, beoordeling van lijnen en slangen, silhouet-teken en evaluatie van hartgrootte en mediastinale contouren.
Kwaliteitscontroles: rotatie, inspiratie, belichtingLongzones en systematisch zoekpatroonEvaluatie lijnen, slangen en apparatenSilhouet-teken en mediastinale contourenCardio-thoracale ratio en hartgrootte limietenLes 8Longembolie tekenen op CT: vullingsdefecten, rechterventrikelspanning, longinfarctpatronen, mozaïekperfusieDit gedeelte richt zich op CT-tekenen van longembolie bij acute dyspneu, met directe vasculaire bevindingen, indicatoren van rechterventrikelspanning, longinfarctpatronen en mozaïekperfusie, en hoe elk de risicostratificatie beïnvloedt.
Centraal en segmentale vullingsdefectpatronenSubsegmentale embolieën en technische beperkingenCT-markers van rechterventrikelspanningLonginfarct en wigvormige opaciteitenMozaïekperfusie en differentiaaldiagnosesLes 9Belangrijke thoraxbeeldvormingstekenen: pneumothorax, consolidatie, luchtbronchogram, ground-glass opaciteit, interstitiële markeringen, Kerley B-lijnenDit gedeelte bespreekt kern thoraxbeeldvormingstekenen relevant voor acute dyspneu, inclusief pneumothorax, consolidatie, luchtbronchogrammen, ground-glass opaciteiten, interstitiële markeringen en Kerley B-lijnen, met nadruk op herkenning en klinische implicaties.
Röntgen- en CT-tekenen van pneumothoraxConsolidatie en luchtbronchogram correlatieGround-glass opaciteit: oorzaken en patronenInterstitiële markeringen en reticulaire patronenKerley B-lijnen en pulmonale veneuze congestieLes 10Systematische thorax CT-interpretatie: longvensters, mediastinale vensters, vasculaire fasen en protocolselectieDit gedeelte schetst een systematische aanpak voor thorax CT bij acute dyspneu, met long- en mediastinale vensters, vasculaire fasen, protocolaanpassing en gestructureerde beoordeling van luchtwegen, parenchym, pleura en mediastinale structuren.
Longvenster beoordeling parenchymziekteMediastinale vensters voor lymfeklieren en massa'sVasculaire fasen in CT-pulmonalisangiografieProtocolselectie bij instabiele dyspneupatiëntenGestructureerde checklist voor thorax CT-beoordeling